Documents Vereycken, Yennef 5 results

"Het thema jobkwaliteit is terug actueel in het publieke en politieke debat, maar kreeg in het kader van ‘langer werken' een specifieke invulling, met name het haalbaar maken van de vooropgestelde verhoging van de pensioenleeftijd. De wisselende aandacht voor jobkwaliteit komt voort uit een combinatie van een blijvende bekommernis bij een aantal vaste beleidsactoren en een veranderlijk politiek en economisch klimaat. Als gevolg van die variabele component wijzigt ook het beeld dat we hebben van een kwalitatieve job doorheen de jaren, hoewel men steeds naar hetzelfde concept verwijst.1 We grijpen de variaties op dit thema aan om in deze inleiding meer klaarheid te scheppen over de mogelijke invulling van jobkwaliteit en wat dit impliceert voor het meten en monitoren ervan. Kijken we twintig jaar terug, dan merken we aanvankelijk politieke interesse voor jobkwaliteit als doel op zich. De ‘European Employment Strategy' streeft sinds 1997 naar ‘meer én betere jobs'. Het wordt dus voorgesteld alsof er geen afruil is tussen jobgroei en jobkwaliteit. In sterk contrast daarmee staat de teneur tijdens de vroege Grote Recessie van 2009: om jobs te behouden of om de economie te herstellen moest er aan jobkwaliteit ingeleverd worden. Dat betekent harder werken, lagere lonen, meer flexibiliteit, en vaak ook minder inspraak - een expliciete agenda die ook weerklank vond in de nationale politiek. De richting en het teken van de relatie tussen jobs en jobkwaliteit werd dus omgedraaid: waar eerder meer jobs méér jobkwaliteit impliceerden, luidde de nieuwe formule dat minder jobkwaliteit meer jobs zou creëren. Ook dit beeld werd naderhand bijgesteld: jobkwaliteit vandaag draait in de eerste plaats om duurzaamheid, en moet leiden tot langere loopbanen, en dus meer job - zonder s. Tewerkstellingsgroei volgt slechts door een veronderstelde positieve economische spiraal. De agenda voor ‘werkbaar en wendbaar werk' combineert verder aandacht voor de intrinsieke jobaspecten met de werk-privé balans, voorgesteld als een win-win, waar de flexibiliteit voor de werknemer en de flexibiliteit uit het oogpunt van de werkgever overlappen.”

"Dans le contexte de l'agenda pour le « travail faisable et la flexibilité dans l'emploi », la qualité de l'emploi occupe, en 2016, le rang de priorité politique. Le travail faisable est défini comme le travail qui vous motive intrinsèquement, qui vous donne suffisamment d'occasions d'apprendre, qui ne vous mène pas au surmenage et qui vous offre un espace suffisant pour la famille, le sport et les loisirs (Peeters, 2016). Les entreprises peuvent aussi être organisées de façon à permettre de continuer à travailler en meilleure santé et plus longtemps. Ainsi, l'interdépendance entre l'organisation du travail et la qualité de l'emploi, d'une part, et le bien-être du travailleur, d'autre part, est également reconnue et placée à l'agenda politique. Dans ce rapport, nous présentons une analyse détaillée des données concernant la Belgique collectées sur la base de l'Enquête européenne sur les conditions de travail 2015 d'Eurofound. "

"This paper aims to critically examine employee participation in Industry 4.0, with a systematic literature review. A total of 58 studies were reviewed, resulting in a categorisation of the literature into three perspectives. The ‘techno-optimist' and the ‘socio-technical' perspective dominate in the reviewed papers. They both confirm a trend that frames employee participation in a unitarist tradition, which emphasises synergies between managerial efficiency and (mostly individual) participation, leading to high innovation potential. The third perspective is rooted in critical studies. Authors writing on the latter subject predict more standardisation and centralisation, and the continued demise of collective and representative forms of participation. To better understand the role of employees in Industry 4.0, we suggest confronting the current discourse with robust empirical research. On that basis, we reject both technological and social determinism, and we acknowledge the structural ambiguities and multidimensionality of employee participation in technological transformations."